
Kerstbomen zaaien is een leuke bezigheid. Het duurt natuurlijk vijf tot zeven jaar voordat je kerstbomen zaadje uit is gegroeid tot een kerstboom zoals je die bij de kerstbomen handelaar koopt, maar dan is het wel echt jouw kerstboom. Gelukkig zijn ook de jonge kerstbomen leuk om je huis in een kerstsfeer te brengen. In dit artikel vertellen we waar je kerstbomen zaadjes kunt vinden, hoe je de zaadjes ontkiemt en hoe je voor de jonge kerstboompjes moet zorgen.
Kerstbomen zaden kopen of verzamelen
Er zijn tallozen dennen en sparren die gebruikt kunnen worden als kerstboom. De bekendste kerstbomen in Europa waarschijnlijk de fijnspar, ofwel de Picea abies, de Nordmann spar, ofwel de Abies nordmanniana, de Servische spar, ofwel de Picea omorika, en de blauwspar, ofwel Picea pungens. In Amerika wordt daarnaast ook de Douglas spar, ofwel de Pseudotsuga menziesii, de balsemzilverspar, ofwel de Abies balsamea, en de fraserspar, ofwel de Abies fraseri, gebruikt. Kortom, eigenlijk is zowat elke conifeer geschikt om als kerstboom te gebruiken, en kun je dus een variëteit aan dennenbomen en sparren zaaien, om te kijken welke voor jouw het beste werkt.
kerstbomen zaden kopen
Het kweken van bomen in het algemeen is nog niet zo’n populaire bezigheid in Nederland en België als in andere landen. Hierdoor kan het soms moeilijk zijn om kerstboom zaden te vinden. Vaak zijn het kleine, hobbymatige kwekers die zaden aanbieden. Aangezien hobby kwekers vaak minder professionele tools hebben om de zaden te verzamelen en op te slaan, kan de kwaliteit van de zaden nogal eens tegen vallen. Om teleurstelling te voorkomen, is het daarom beter om 10 tot 20 keer zo veel zaden te zaaien dan je kerstbomen wilt. In het ergste geval, heb je wat meer jonge kerstbomen die je eventueel aan vrienden of familie kunt geven.

In de tabel hieronder vindt je een aantal verkooppunten in Europa waar je zaden van kerstbomen kunt kopen. Om er zekerder van te zijn dat de zaden een goede kiemkracht hebben, is het aan te raden om de reviews van de verkopers goed door te lezen voordat je zaden besteld. Naast verkopers van zaden staan er ook plantenverkopers uit Nederland of België in de tabel die geen zaden, maar vaak wel jonge bomen verkopen.
Kerstbomen zaden verzamelen
Het is ook mogelijk om zelf zaden van dennenbomen en sparren te verzamelen. De zaden van dennenbomen en sparren zitten in de kegels, ofwel dennenappels, die aan de naaldbomen groeien. De dennenappels moeten van de boom geplukt worden wanneer ze bruin zijn, maar nog niet helemaal open staan. De meeste dennenappels zijn in de vroege herfst, in september, klaar om geplukt te worden. Leg de dennenappels op een droge plek, in een warme kamer. Na een tijdje zijn de dennenappels droog en vallen de zaden eruit wanneer je de dennenappels schud.


De zaden worden daar het beste in een oude jampot, op een droge en donkere plek met een temperatuur onder de 5 graden Celsius bewaard. De koelkast zou een goede plek zijn, mits de pot goed dicht zit, zodat er geen vocht bij de zaden kan komen. Wanneer de zaden droog, donker en koel bewaard worden, blijven ze jarenlang goed.
Kerstbomen zaden stratificeren
Het zaaien van kerstbomen gaat iets anders in zijn werk dan het zaaien van bijvoorbeeld groenten of bloemen. Dit komt, omdat de kerstbomen zaden een soort ingebouwde beveiliging hebben die voorkomt dat ze in de natuur op het verkeerde moment zouden ontkiemen. Wanneer je zelf kerstbomen gaat zaaien, dan heb je veel controle over het warm en hoe nat de pas gezaaide zaadjes het hebben, waardoor de ingebouwde beveiliging van de zaadjes niet zo veel nut heeft. Om de zaadjes te laten ontkiemen, en de beveiliging dus eigenlijk te doorbreken, moeten ze een tijdje in de kou worden gezet. Gelukkig hebben we tegenwoordig allemaal een koelkast, en is dit dus niet zo moeilijk als het allemaal klinkt!
Het proces waarbij de beveiliging van de zaadjes doorbroken wordt, heet stratificeren. Stratificeren betekent dat de zaden behandeld moeten worden, zodat het ontkiemingsproces in gang wordt gezet. Voor kerstbomen zaden houdt dit in dat ze enkele weken in een zakje vochtige grond bij een temperatuur van ongeveer 3 graden Celsius gehouden moeten worden.
De zaden van de Douglas spar (Pseudotsuga menziesii) of de grove den (Pinus sylvestris) hebben geen stratificatie periode nodig, en kunnen met een gezaaid worden. Voor het beste resultaat week je deze zaden wel 24 uur in water voordat je ze gaat zaaien. Wanneer je snel je kerstboom wilt kunnen zaaien, zijn de Douglas spar en de grove den dus de beste kerstbomen om te kiezen. Ondanks dat deze zaden niet gestratificeerd hoeven te worden, helpt het vaak wel om de zaden sneller en krachtiger te laten ontkiemen.
De zaden van vrijwel alle andere kerstbomen hebben een stratificatie periode van ongeveer 14 tot 30 dagen nodig. Hoe korter de stratificatie periode, hoe minder zaden er meestal ontkiemen. De zaden zullen daarna één tot twee weken na het zaaien ontkiemen. Wanneer de zaden langer dan 30 dagen worden gekoeld, dan zullen ze vaak nog iets sneller ontkiemen. Ook zonder een stratificatie periode zullen de zaden van de meeste sparren en dennenbomen ontkiemen, maar is het kiempercentage, ofwel het aantal zaadjes dat ontkiemd, een stuk lager en duurt het veel langer voordat ze ontkiemen.

Het stratificeren is niet moeilijk. Hiervoor heb je een plastic zip zakje nodig, een handje turf, wat kraanwater en een koelkast. Week de zaden eerst 48 uur, ofwel twee dagen, in kraanwater. Wanneer de zaden gekweekt zijn, maak je de turf vochtig, zodat er maar een enkele druppel water uit komt wanneer je erin knijpt. De turf doe je in het plastic zip zakje, samen met de kerstbomen zaden. Het zakje plaats je vervolgens 14 tot 30 dagen in de koelkast. Controleer om de paar dagen of de turf nog vochtig genoeg is, en voeg er eventueel een paar druppeltjes water bij als het toch te droog wordt. Na de stratificatie periode kun je de zaden gaan zaaien. Zorg ervoor dat de zaden tussen het stratificeren en het zaaien niet uit drogen, dan is de kans groter dat ze niet zullen ontkiemen.
Voorbereidingen voor het zaaien van kerstbomen
Kerstbomen stellen enkele eisen aan de grond waarin ze groeien. Het is belangrijk om voor het zaaien te kijken of de grond doorlatend genoeg is en de juiste pH waarde heeft. Kerstbomen willen graag een goed doorlatende grond, met een porositeit van minimaal 20%. Dit zorgt ervoor namelijk dat de grond na een regenbui snel opdroogt, zodat de wortels niet te lang nat blijven. Daarnaast groeien de wortels van de kerstboom het best in een wat zure grond, met een pH waarde van onder de 6.0 pH. Wanneer je ervoor zorgt dat de aarde aan deze twee eisen voldoet, dan zullen de wortels een optimale hoeveelheid water en voedingsstoffen opnemen. Hierdoor wordt het stuk van de kerstboom dat boven de grond groeit mooi en gezond. Verderop lees je hoe je kunt testen of de aarde luchtig genoeg is en de juiste pH waarde heeft.
Kerstbomen zaaien in de volle grond
Wanneer je de kerstbomen direct in de volle grond of de jonge kerstbomen na een tijdje in de volle grond uitplant, dan is het belangrijk om hier een juiste plek voor te kiezen. Kies een stukje grond waar de kerstbomen enkele jaren kunnen blijven staan. De zaailingen blijven in het beste geval drie tot vier jaar op de plek staan waar je ze gezaaid hebt. Zorg dus dat je een stukje tuin uit kiest dat je voor een langere tijd kunt missen. Aangezien kerstbomen slecht tegen natte aarde kunnen, zouden ze het beste op een heuveltje of zelfs in een verhoogde plantenbak geplant kunnen worden. Probeer de kerstbomen ver weg van vijvertjes en ander water te planten.
Kerstbomen zaaien in een plantenbak
Wanneer je de zaden in een plantenbak wilt zaaien, dan is het belangrijk om een geschikte plantenbak en potgrond te kiezen. Kerstbomen zaden houden niet van nattigheid. Het is daarom belangrijk om een plantenbak te kiezen met veel gaten in de bodem. De SuperRoots Air-Pots zijn zeer geschikt voor het kweken van kerstbomen. Plaats de plantenbak ook niet direct op de grond, maar plaats de plantenbak op een laag kiezels of keien, zodat de bodem van de bak nooit in contact komt te staan met water. Kies geen plantenbak met een ingebouwd waterreservoir, want de onderste grondlaag kan hierdoor voor een langere tijd in contact staan met het opgeslagen water, waardoor ziekteverwekkers zich snel kunnen ontwikkelen.

In het beste geval kunnen de zaailingen drie tot vier jaar in dezelfde plantenbak blijven staan. Kies daarom een plantenbak die minimaal 30 centimeter hoog is en groot genoeg voor het aantal zaden dat je wilt zaaien. In de plantenbak kun je beter niet meer dan 200 zaden per vierkante meter, of 20 zaden per vakje van 10 centimeter bij 10 centimeter zaaien. Stel dat je 100 zaden wilt uitplanten, dan heb je dus een bak nodig met een oppervlakte van minimaal een halve vierkante meter, of 50 centimeter bij 50 centimeter.


Om ervoor te zorgen dat de wortels zich goed ontwikkelen, wil je de plantenbak met een luchtige, wat zure potgrond vullen. De meeste soorten potgrond bevatten een hoog gehalte organisch materiaal, ofwel materiaal dat afkomstig is van planten en dieren. Op de lange termijn is dit vaak niet zo goed voor de wortels van de kerstbomen, daarom is het beter om één deel zure potgrond te mengen met één deel zand en hiermee de plantenbak te vullen. Om er zeker van te zijn kun je het beste de porositeit en de pH waarde van de grond testen voordat je de kerstbomen gaat zaaien.
Kerstbomen zaaigrond testen
De grond bepaald voor een belangrijk deel hoe goed de kerstbomen zaden ontkiemen en hoe de jonge kerstboompjes zich later ontwikkelen. Het is daarom de moeite waard om de luchtigheid van de grond en de pH waarde van de grond te testen voordat je de kerstboompjes gaat zaaien. Uiteraard kun je deze stap op overslaan, maar dan is de kans wat groter dat de zaadjes niet ontkiemen of dat de jonge plantjes later ziek worden.
De porositeit van de grond
De doorlaatbaarheid van de grond wordt bepaald door de verhouding tussen de vaste deeltjes van de grond, zoals de zandkorrels en de compost deeltjes, en de open ruimte tussen de vaste deeltjes. Een eenvoudig testje kan je vertellen hoe poreus, ofwel hoeveel “lege ruimtes”, er in de aarde zit. Op de pagina “De containercapaciteit en de veldcapaciteit bepalen” wordt dit uitgelegd, onder het kopje “de porositeit van de grond bepalen”. Wanneer de porositeit meer dan 20% is, dan groeien de wortels het beste.
Mocht uit de porositeit test blijken dat de grond te weinig “lege ruimtes” bevat, dan kun je dit eenvoudig oplossen door grof zand door de grond heen te werken. Wanneer je in de volle grond gaat zaaien of planten, dan graaf je een gat van 1 meter breed, lang en diep en meng je de aarde uit het gat met ongeveer dezelfde hoeveelheid zand. Vervolgens gooi je het gat weer dicht met het grond-zand mengsel. Werk je met potgrond, dan meng je simpelweg wat meer grof zand door het potgrond-zand mengsel dat je al gemaakt had en vul je de plantenbak opnieuw.
De pH waarde van de grond
De pH waarde van de grond kan eenvoudig worden gemeten met een speciaal pH bodem test setje, zoals de pH test kit van Growth Technology, de Garland bodem pH test kit, of de ECOstyle pH bodemtest. Hoe de test precies wordt uitgevoerd, verschilt per set. Informatie over hoe het testje uit gevoerd moet worden vindt je dan ook terug in de handleiding die bij het pH test setje wordt geleverd.

De wortels van de kerstboom kunnen het beste water en voedingsstoffen opnemen wanneer de pH waarde van de grond onder de 6.0 pH ligt. Wanneer de pH waarde boven de 6.0 pH ligt, dan is de kans groot dat de kerstboom geel gaat kleuren en slecht groeit. Is de pH waarde van de grond te hoog, dan is het aan te raden om de grond voor het zaaien te verzuren. Dit kun je doen met sulfur, ofwel zwavel. Om de pH waarde ongeveer 0.5 pH te verlagen, heb je per vierkante meter grond ongeveer 50 gram sulfur of zwavel nodig. De sulfur of zwavel meng je door de bovenste grondlaag. Wanneer de pH waarde van de aarde boven de 6.0 pH lag, is het belangrijk om de pH waarde van de grond elke drie maanden te controleren en eventueel te corrigeren met de zwavel.
De micro-organisme in de grond
Jonge kerstbomen zijn gevoelig voor verschillende schimmelziektes. Om te voorkomen dat ze een korte tijd na het ontkiemen ziek worden, is het belangrijk dat het bodemleven in een goede gezondheid verkeert. Door gezonde schimmels en bacteriën aan de grond toe te voegen, krijgen slechte micro-organisme minder kans om zich te ontwikkelen. Voeg daarom voor het zaaien korrels of vloeistof aan de aarde toe waarin de goede micro-organisme zitten. Bio Nova Microlife of Geni Activator zou je hier bijvoorbeeld voor kunnen gebruiken.
Kerstbomen zaden zaaien
Wanneer de grond voor de kerstbomen is voorbereid en de zaden eventueel gestratificeerd zijn, dan is het eindelijk tijd om de zaden echt te gaan zaaien. Voor de beste ontkieming is de temperatuur van de ruimte waar de zaden gezaaid worden de komende twee tot drie maanden minimaal 20 graden Celsius. Wanneer je in de late lente of vroege zomer gaat zaaien, dan kun je de zaden het beste buiten uitzaaien, direct in de volle grond of in een grote plantenbak. In de late zomer, herfst, winter of vroege lente kun je de zaden beter in een plantenbak in huis of in een verwarmde schuur of kas zetten.


Zaai ongeveer 200 zaden per vierkante meter, ofwel 20 zaden per vakje van 10 centimeter bij 10 centimeter. Kerstbomen zaden hebben een laag ontkiemingspercentage, dus de meeste van de zaadjes zullen helaas niet uit komen. Vandaar dat de zaadjes zo dik gezaaid worden. Druk de zaadjes na het zaaien lichtjes aan en bedek ze vervolgens met een zandlaag van ongeveer 0,5 centimeter dik.


Pas gezaaide kerstbomen verzorgen
Na het zaaien is het belangrijk dat de kerstbomen zaden niet uit drogen, maar het ook weer niet te nat zijn. Wanneer de zaden buiten staan en het regelmatig regent, dan hoef je weinig te doen. Is het een langere tijd droog en warm, dan kan het nodig zijn om de kerstbomen zaadjes water te geven. Om waterverspilling te voorkomen kun je dit het beste in de avond doen.
Wanneer het overdag erg heet is, dan is het wel aan te raden om de zaadjes overdag ook wat water te geven. Dit is niet zo zeer, omdat de jonge kerstbomen anders te droog worden, maar, omdat de jonge kerstbomen zaadjes niet zo goed tegen hitte kunnen. Sproei de grond waar de kerstbomen gezaaid zijn daarom dus, op dagen dat het boven de 30 graden Celsius wordt, goed nat. Op die manier blijven de kerstbomen zaden koel.
Elk jaar zou de porositeit en de pH waarde van de grond rondom de kerstbomen bepaald moeten worden. Wanneer de grond een te lage porositeit heeft, dan kun je een laag van ongeveer 5 tot 10 centimeter houtsnippers door de bovenste grondlaag werken. Om de pH van de grond te verlagen, wanneer deze boven de 6.0 pH uit komt, kun je zwavel of sulfur gebruiken. Over het algemeen is het niet nodig om kerstbomen plantenvoeding te geven. Alleen op hele arme gronden zou dit nodig kunnen zijn.
Kerstkaarten met kerstbomen zaadjes
Kerstbomen zaadjes zijn een leuke, kleine verrassing om bij een kerstkaartje te doen. Om het voor de ontvanger makkelijker te maken om de zaadjes op een succesvolle manier te zaaien, hebben we een makkelijk te printen handleiding gemaakt. De handleiding, in PDF-formaat, kan het beste “randloos” geprint worden. Na het printen kun je het A4 in twee knippen, om twee handleidingen op A5 formaat te krijgen.
Wanneer je geen tijd of zin hebt om zelf een kerstbomen zaadjes kaart in elkaar te knutselen, kun je bij Bloompost een kant-en-klare kerstbomen zaadjes kerstkaart bestellen!

Advies nodig?
Één van de dingen die deze website zo leuk maakt, is het beantwoorden van vragen van lezers. Doordat het bezoekersaantal in de afgelopen jaren erg is gestegen, is het aantal vragen over planten dat binnenkomt ook erg gestegen. Aangezien we vaak dezelfde vragen krijgen, hebben we besloten om alleen nog maar vragen via de Disqus te beantwoorden. Helemaal onderaan de pagina, onder de lijst met bronnen en de advertenties, vindt je een Disqus formulier waarin je een vraag kunt stellen. We zullen je vraag dan zo snel mogelijk beantwoorden.
Bronnen en verder lezen
- Adkins, C. R., Hinesley, L. E., & Blazich, F. A. (1984). Role of stratification, temperature, and light in Fraser fir germination. Canadian Journal of Forest Research, 14(1), 88-93.
- Allen, G. S. (1941). LIGHT AND TEMPERATURE AS FACTORS IN THE GERMINATION OF THE SEED OF DOUGLAS FIR (PSEUDOTSUGA TAXIFOLIA (LAMB.) BRITT). The Forestry Chronicle, 17(3), 99-109.
- Blazich, F. A., & Hinesley, L. E. (1994). Propagation of Fraser fir. Journal of Environmental Horticulture, 12(2), 112-117.
- Bonner, F. T., & Karrfalt, R. P. (2008). The woody plant seed manual. Agric. Handbook No. 727. Washington, DC. US Department of Agriculture, Forest Service. 1223 p., 727.
- Chantal, M. D., Leinonen, K., Ilvesniemi, H., & Westman, C. J. (2003). Combined effects of site preparation, soil properties, and sowing date on the establishment of Pinus sylvestris and Picea abies from seeds. Canadian Journal of Forest Research, 33(5), 931-945.
- Hacke, U. G., Sperry, J. S., Ewers, B. E., Ellsworth, D. S., Schäfer, K. V. R., & Oren, R. (2000). Influence of soil porosity on water use in Pinus taeda. Oecologia, 124(4), 495-505.
- Harrington, C. A. (1997). Growing conifers from seed.
- Koelling, M. R., & Heiligmann, R. B. (1993). Recommended species for Christmas tree plantings in the North Central United States. North Central regional extension publication (USA).
- Leinonen, K., & De Chantal, M. (1998). Regulation of Picea abies seed dormancy by red and far‐red light at various moisture contents. Scandinavian Journal of Forest Research, 13(1-4), 43-49.
- Leinonen, K., Nygren, M., & Rita, H. (1993). Temperature control of germination in the seeds of Picea abies. Scandinavian Journal of Forest Research, 8(1-4), 107-117.
- Mauer, O., & Palátová, E. (2012). Root system development in Douglas fir (Pseudotsuga menziesii [Mirb.] Franco) on fertile sites. Journal of Forest Science, 58(9), 400-409.
- McLemore, B. F., & Barnett, J. P. (1967). Effective stratification of spruce pine seed. Tree Planters’ Notes, 18(2), 17-18.
- Oleskog, G., & Sahlén, K. (2000). Effects of seedbed substrate on moisture conditions and germination of Pinus sylvestris seeds in a clearcut. Scandinavian Journal of Forest Research, 15(2), 225-236.
- Sorenson, F. C. (1991). Stratification period and germination of Douglas-fir seed from Oregon seed orchards: two case studies. Res. Note PNW-RN-499. Portland, OR: US Department of Agriculture, Forest Service, Pacific Northwest Research Station. 24 p, 499.
- Speers, C. F. (1962). Fraser fir seed collection, stratification, and germination. Tree Planters' Notes, 53(2), 7-8.
- Tryon, E. H., & Woodrum, H. G. (1962). Growing Christmas trees from seed (Vol. 472). West Virginia University Agricultural Experiment Station.
- Zou, C., Penfold, C., Sands, R., Misra, R. K., & Hudson, I. (2001). Effects of soil air-filled porosity, soil matric potential and soil strength on primary root growth of radiata pine seedlings. Plant and Soil, 236(1), 105-115.